Hoe zit dat MFK concreet in elkaar?
De structuur van het huidige MFK
Het Meerjarig Financieel Kader (MFK) wordt opgesteld voor een periode van zeven jaar. In het huidige MFK (2021-2027) is het Europees budget ruwweg onder te verdelen in drie gelijke delen.
- Een derde gaat naar landbouw via het GLB,
- een derde gaat naar minder welvarende EU-regio’s via het cohesiefonds en
- een derde is verspreid over heel wat kleinere beleidsdomeinen.
Elke lidstaat krijgt een deel van het GLB-budget dat het daarna moet uitgeven aan landbouw en plattelandsontwikkeling.
De structuur van het MFK-voorstel van de Europese Commissie
In het nieuwe MFK-voorstel dat de EC gepubliceerd heeft, wordt een groot deel van de verschillende fondsen samengevoegd tot één fonds, ook wel het single fund genoemd. Lidstaten krijgen elk een bepaald budget uit dit fonds en mogen zelf meer bepalen hoe ze dit uitgeven. Op die manier kan geld dat oorspronkelijk naar landbouw ging ook voor andere doeleinden gebruikt worden.
Is er dan geen geld meer voor het GLB?
Zeker wel, de Europese Commissie heeft namelijk enkele garanties ingebouwd om toch voldoende middelen bij landbouwers te krijgen. Dit door bepaalde delen van het single fund te 'oormerken' voor enkele GLB-instrumenten. Dit houdt in dat een lidstaat verplicht is om een bepaald percentage van het single fund uit te geven aan die GLB-instrumenten.
Welke instrumenten zijn dat dan? Bijvoorbeeld ...
- Hectaresteun,
- Agro-milieu- en klimaatacties (samenvoeging van ecoregelingen en agro-milieu en klimaatmaatregelen),
- Investeringssteun (VLIF).
Voor alle geoormerkte instrumenten voorziet de Commissie 300 miljard euro. Ter vergelijking: in pijler 1 zit momenteel een slordige 385 miljard euro. Dit impliceert dus een daling van ruwweg 20%. Het is wel belangrijk om op te merken dat de geoormerkte instrumenten niet exact dezelfde instrumenten zijn die momenteel in pijler 1 zitten.
GLB-instrumenten die niet geoormerkt zijn, zijn bijvoorbeeld LEADER en steun voor kennisopbouw en innovatie. Lidstaten kunnen zelf beslissen hoeveel middelen uit het single fund ze hieraan willen spenderen.
Hoe ziet het voorstel voor het nieuwe GLB eruit?
Bedrijfsrentmeesterschap
In het voorstel voor een nieuw GLB valt conditionaliteit - enkele basisvoorwaarden omtrent milieu en klimaat waaraan je moet voldoen om GLB-steun te ontvangen - weg en spreekt men nu van bedrijfsrentmeesterschap. Dit is sterk gelijkaardig aan conditionaliteit en bestaat grotendeels uit dezelfde randbeheereisen. De goede landbouw- en milieupraktijken (GLMC’s) waaraan je moet voldoen in de conditionaliteit worden dan weer vervangen door beschermende maatregelen. Ze lijken sterk op de huidige GLMC’s en gaan bijvoorbeeld over:
- Bescherming van natte gebieden en veen,
- Bescherming van ecologische graslanden,
- Beperking van erosie,
- Gewasrotatie/diversificatie,
- Bufferstroken.
Wat met pijler 1 en 2?
De originele structuur van het GLB met pijler 1 voor directe inkomenssteun en pijler 2 voor plattelandsontwikkeling valt weg door de hervorming van het MFK. Heel wat instrumenten uit beide pijlers blijven wel behouden. Voor sommige is er een gegarandeerd budget via het principe van oormerking, voor andere is het afwachten hoeveel budget Vlaanderen en België hiervoor voorzien. We lichten kort de belangrijkste instrumenten toe:
Hectaresteun
- De hectaresteun zou evolueren naar een flat-rate: je krijgt evenveel steun voor iedere subsidiabele hectare.
- Kwetsbare groepen zouden per hectare een hoger steunbedrag krijgen. Dit gaat dan bijvoorbeeld om jonge landbouwers, nieuwe landbouwers of landbouwers met een gemengd bedrijf.
- Er zou een sterkere degressiviteit komen: vanaf € 20 000 wordt er gestart met afromen.
Investeringssteun en opstart- en overnamesteun (VLIF)
- Er is opnieuw plaats voor investeringssteun en opstart- en overnamesteun.
- Jonge boeren kunnen in de eerste 3 jaar na hun eerste vestiging steun ontvangen om te voldoen aan de geldende wetgeving. Momenteel is dat niet mogelijk.
Agro-milieu- en klimaatacties
Deze maatregel bestaat uit twee onderdelen:
- Steun voor vrijwillige maatregelen. Dit is eigenlijk een samenvoeging van ecoregelingen uit pijler 1 en agro-milieu- en klimaatmaatregelen uit pijler 2.
- Steun voor vrijwillige transitie naar een meer veerkrachtige productiemethode (biologische landbouw, bijvoorbeeld).
Enkele nieuwigheden
De Europese Commissie heeft ook enkele nieuwigheden in petto. Zo staat er in het voorstel dat lidstaten bijvoorbeeld verplicht zijn om:
- Een strategie uit te werken voor generatievernieuwing;
- Een starterspakket samen te stellen voor jonge boeren.
Wat denkt Groene Kring?
Voor Groene Kring is de incorporatie van het GLB in het single fund en de reductie van het landbouwbudget onaanvaardbaar. De uitdagingen voor de sector zijn nog nooit zo groot geweest. Het aantal jonge boeren in de sector staat op een historisch laagtepunt. We juichen initiatieven als een strategie voor generatievernieuwing en een jong boerenpakket toe, maar zonder voldoende budget wordt dit moeilijk realiseerbaar.