Hoe ben je bij Groene Kring terechtgekomen?  

Bert: “Via de toenmalige consulent. De werkgroep varkens was nog op zoek naar iemand en zo kwamen ze bij mij terecht. In die werkgroep heb ik veel geleerd. Daarnaast heb ik, samen met de huidige kernleden, Groene Kring Gistel weer leven ingeblazen. Nu is het een goed draaiend gewest, met heel wat activiteiten.” 

Hoe ben je op een ki-bedrijf begonnen?  

Bert: “Eerst was ik actief in het gras- en maïszaad, maar na een tijdje ben ik commercieel werk gaan doen voor mijn schoonouders, die een ki-bedrijf hadden. Ik had altijd de ambitie om zelfstandig te worden, dus heb ik het bedrijf overgenomen in 2019. We hebben ondertussen veel investeringen gedaan. Zo is er bijvoorbeeld steeds meer vraag naar PRRS-vrij sperma, waardoor we geïnvesteerd hebben in een quarantainestal en een ventilatiesysteem op overdruk met virusfiltering, waardoor er gezonde lucht in de stal geblazen wordt. Intussen zijn we twee jaar PRRS-vrij. Toen ik het bedrijf overnam, waren alle eindberen bovendien van het Belgisch Piétrain ras. Nu zijn er verschillende berenlijnen en ook de zeugenlijngenetica is uitgebreid. Door meer genetica aan te bieden, is het bedrijf kunnen groeien.  

Wat houdt ki nog allemaal in? 

Bert: “De afkorting ki staat voor kunstmatige inseminatie. Door die techniek kan je beren met een hoger genetisch potentieel meer zeugen laten dekken dan bij een natuurlijke dekking. Doordat je de beste dieren kunt inzetten, is er minder kans dat ziektes inslepen.  Eigenlijk nemen we het sperma van de beer. Dat wordt in het laboratorium gecontroleerd, verdund, verpakt en gecertificeerd in blisterverpakkingen. Het sperma wordt steeds op de juiste temperatuur bewaard en wordt bezorgd bij de klanten thuis of via enkele depots.” 

"We moeten openstaan voor de mogelijkheden van ggo’s, maar niet zonder er goed over na te denken."

Bert De Coninck, Groene Kring Gistel

Hoe ziet een gemiddelde dag er voor jou uit? 

Bert: “Elke voormiddag starten we al vroeg met de productie van sperma, zodat die klaar is tegen 10 uur. Als onze chauffeurs om 12 uur kunnen vertrekken, is onze dag geslaagd. Het is telkens spannend afwachten of de klanten bestellen wat je verwacht had. De ene week is het namelijk wat drukker dan de andere, want onze afnemers passen verschillende wekensystemen toe en er sommige afnemers wisselen van ki-center. In de namiddag is er dan tijd voor de administratie, voor planning, boekhouding, vergaderingen, afspraken met vertegenwoordigers, een FAVV-controle… Omdat het allemaal wat veel werd, heb ik onlangs iemand aangeworven die mij helpt bij de productie en de administratie.” 

Wat zie je nog als uitdaging voor jouw bedrijf en de sector? 

Bert: “De vergunningenkwestie en het stikstofdossier hebben zeker een impact op ons bedrijf, maar de impact is nog groter voor onze klanten. De markt krimpt enorm en heel wat toeleverende bedrijven consolideren. Dat vraagt van ons een enorme flexibiliteit, weerbaarheid en aanwezigheid.” 

De focus van deze Stiel is genetica. Wat is jouw standpunt over genetisch gemodificeerde organismen (GGO’s)?  

Bert: “In Amerika zijn er al varkens die genetisch gemodificeerd werden om PRRS-vrij te zijn of minder gevoelig te zijn voor bepaalde ziekten. Toch vind ik het dubbel. Enerzijds staan we al ver in de genetische selectie en fokkerij, anderzijds zijn ggo’s een onvermijdelijke toekomst. We moeten er op zijn minst actief mee bezig zijn en er voldoende onderzoek naar doen. Om het in de praktijk om te zetten, is het nog te vroeg. Hoe dan ook zullen we met steeds minder boeren steeds meer mensen moeten voeden. Daarom moeten we blijven werken aan onze efficiëntie en aan een zo klein mogelijke voetafdruk. Als ggo’s daarbij kunnen helpen, waarom niet? Maar niet zonder goed na te denken.” 

Hoe zie jij de toekomst? 

Bert “Rooskleuriger dan zes maanden geleden. Veel varkensboeren stoppen en er is een vergrijzing. Maar ieder nadeel heeft zijn voordeel. Jonge mensen krijgen nu meer kansen, al blijft het niet evident. In deze sector heb je weinig factoren zelf in de hand, dus moet je sterk in je schoenen staan. We zijn nog op zoek naar hoe we nog beter kunnen worden en hoe we in de krimpende markt kunnen blijven en groeien.”