- Ligging: Herckenrodestraat 42, 3870 Heers.
- Grondsoort: Leemgronden.
- Sector: Bedrijf met industriegroenten, akkerbouw en peren zowel gangbaar als biologisch.
- Teelten:
- Industriegroenten: erwten, wortelen, spinazie, bonen.
- Akkerbouw: tarwe, suikerbieten, gerst, aardappelen, cichorei, maïs.
- Fruitteelt: Peren.
- Agro-ecologische principes: Niet-kerende grondbewerking.
Lighthouse Farm Limburg
In het kader van het demonstratieproject 'Jonge boeren, levende grond' organiseerde Groene Kring een bezoek aan landbouwer Clemens Esser te Heers. Op de zonnige maandag 16 juni trokken een enthousiaste groep Groene Kringers en andere geïnteresseerden naar het bedrijf, onder leiding van bedrijfsadviseur Stefan Muijtjens.
Bedrijfsprofiel
Programma
De namiddag begon in de loods van Clemens. Er werden eerst wat systemen uitgelegd zoals het bodemvoedselweb. Daarna werd machine per machine besproken. Vervolgens trokken we het veld in om verschillende percelen te vergelijken en de bodem visueel te analyseren. De deelnemers konden tijdens het bezoek al hun vragen stellen en keerden met nieuwe bagage terug naar huis.
De filosofie van Clemens
Bodemvoedselweb
Het bodemvoedselweb omvat alle levende organismen die in of op de bodem leven – van microscopisch kleine bacteriën tot grotere wezens, zoals regenwormen en kevers. Ze vormen samen een complex netwerk waarin iedere soort een specifieke rol heeft. Een gezond bodemvoedselweb vormt de basis voor duurzame en productieve landbouw. De organismen in de bodem spelen namelijk een cruciale rol in verschillende processen die direct invloed hebben op de groei en gezondheid van gewassen.
- Allereerst zorgen microben, zoals bacteriën en schimmels, voor de afbraak van organisch materiaal. Daarbij komen belangrijke voedingsstoffen zoals stikstof, fosfor en kalium vrij, die essentieel zijn voor plantengroei. In samenwerking met organismen zoals nematoden en protozoa wordt stikstof bovendien omgezet in vormen die planten direct kunnen opnemen.
- Daarnaast dragen bodemorganismen bij aan de opbouw en het behoud van een goede bodemstructuur. Regenwormen graven gangen, microben produceren slijmstoffen en andere bodemdieren mengen de bodem. Al deze activiteiten zorgen voor de vorming van poriën, die cruciaal zijn voor een goede doorlaatbaarheid van water, lucht en wortels.
- Een gezonde bodemstructuur helpt ook bij waterbeheer. Ze verbetert de opname en het vasthouden van regenwater, wat belangrijk is in droge perioden. Bovendien slaan bodems met een actief bodemleven aanzienlijke hoeveelheden koolstof op. Dit draagt bij aan de strijd tegen klimaatverandering, door zowel klimaatadaptatie als -mitigatie te ondersteunen.
- Verder speelt het bodemleven een belangrijke rol in de natuurlijke onderdrukking van ziektes en plagen. Een divers en evenwichtig bodemvoedselweb houdt schadelijke bacteriën en schimmels in toom. Bovengronds helpen predatoren, zoals loopkevers, bij het verminderen van plagen zoals bladluizen.
- Tot slot kunnen micro-organismen in de bodem ook schadelijke stoffen afbreken, zoals resten van bestrijdingsmiddelen. Dit maakt de bodem schoner en gezonder, zowel voor planten als voor het bredere ecosysteem.
Samengevat kan het bodemvoedselweb al heel wat werk uitvoeren voor de plant en landbouwer, dat anders extra tijd, werk en input vraagt. De bodemorganismen dienen hierbij als cruciale sleutelfiguur tussen de bodem en de plant. Om al deze voordelen van een gezonde bodem te kunnen benutten, is het belangrijk het bodemleven goed te voeden. Dat kan door het gebruik van groenbemesters, die via hun wortels de bodem voeden. Ook het achterlaten van gewasresten en toedienen van organisch materiaal ondersteunt het bodemleven. Verder is het belangrijk de bodemorganismen zo weinig mogelijk te verstoren met diepe grondbewerking en chemische toevoegingen. Daarvoor kan je geleidelijk overschakelen op methodes zoals niet-kerende grondbewerking en inzetten op een vermindering van chemische meststoffen en bestrijdingsmiddelen tegen onkruid en plagen.
Machines
Clemens is in 2018 ploegloos beginnen werken. In 2020 kwam hij in contact met Stefan Muijtjens. Terwijl het advies van Stefan was om alles om te schakelen naar biologische teelt, kwamen ze na wat discussie uit om te beginnen met 30 hectare. Intussen wordt niet-kerend gewerkt en wordt 68 ha biologisch beboert. Ploegloos wil niet zeggen dat er geen grondbewerkingen meer worden gedaan. Dat wil enkel zeggen dat de bewerkingen minder diep zijn en dat de bodem niet meer volledig wordt gekeerd. Hieronder worden verschillende machines besproken die Clemens heeft aangekocht.
Combinatie diepwoeler Evers - zaaimachine Lemken
Tijdens ons bezoek kregen we toelichting bij een interessante machinecombinatie: een Evers diepwoeler in combinatie met een Lemken zaaimachine. Deze werkwijze maakt het mogelijk om in één werkgang zowel diep te woelen als direct te zaaien. Dat biedt belangrijke voordelen, zowel op vlak van efficiëntie als bodemgezondheid.
- De diepwoeler breekt verdichte lagen in de ondergrond open, waardoor water beter infiltreert en wortels zich dieper kunnen ontwikkelen.
- Door hieraan een Lemken zaaimachine te koppelen kan het zaaizaad onmiddellijk in de losgemaakte bodem worden ingebracht. Dit is bijzonder interessant voor het inzaaien van groenbedekkers of nateelten na de hoofdteelt.
De voordelen zijn duidelijk: er is slechts één werkgang nodig, wat brandstof en tijd bespaart en tegelijk de bodem minder belast. De verbeterde bodemstructuur bevordert de groei van gewassen, en bij correcte afstelling zorgt deze methode voor een uniforme opkomst van het zaaigoed. Ook bij technieken uit de regeneratieve of biologische landbouw biedt deze aanpak interessante perspectieven, omdat de bodem minimaal verstoord wordt, terwijl toch intensief gewerkt wordt aan bodemverbetering.
Wel vraagt deze combinatie om een krachtige tractor en een goede afstemming tussen de werkdiepte van de diepwoeler en de zaai-elementen. Daarnaast is onderhoud van de slijtdelen belangrijk, zeker bij intensief gebruik of bij zwaardere gronden.
Kortom, deze machinecombinatie biedt een praktische oplossing voor wie wil investeren in duurzame, efficiënte en bodemvriendelijke teeltmethodes.
Wiedeg – Treffler
Voor wie werkt met niet-kerende grondbewerking (NKG) is een degelijk wiedeg-systeem essentieel. De Treffler-wiedeg is daarbij een van de meest precieze machines op de markt. Ze wordt bij Clemens ingezet bij de teelten spinazie, erwten, bonen en tarwe.
Het wiedeggen gebeurt op ongeveer 10 mm diepte en is gericht op het verstoren van kiemende onkruiden in een heel vroeg stadium. Een goede vuistregel is: zie je het onkruid al staan, dan ben je eigenlijk te laat. Daarom is een goede planning cruciaal. Je moet rekening houden met zaaitijdstip, bodemvocht, onkruidontwikkeling én weersvoorspellingen.
Aandachtspunten bij het gebruik:
De afstelling van de machine vraagt nauwkeurigheid en tijd. Belangrijk is dat de wiedeg bij elke nieuwe zaaiing opnieuw afgesteld wordt. Op percelen met meerdere zaaisessies betekent dat dus herhaalde afstellingen. Het is dan ook aan te raden om met twee personen te werken bij de afstelling.
Er zijn drie belangrijke factoren waarmee je rekening moet houden:
- Snelheid: bij de eerste wiedeggang werk je best traag, om schade aan het jonge gewas te vermijden. Bij latere bewerkingen mag er sneller gereden worden.
- Hoek van de tanden: de tanden moeten recht in de bodem staan en verspreid zijn (dus niet in één rij).
- Druk per tand: deze moet afgestemd worden op de bodemomstandigheden en de gewasgroei.
Met een goede afstelling kun je tot 20 hectare per dag wiedeggen, afhankelijk van de omstandigheden.
Praktische details en innovaties:
De Treffler-wiedeg bevat verschillende slimme innovaties die het gebruik in de praktijk aangenamer maken:
- Tandplaten tegen slijtage, voor een langere levensduur.
- Twee verende systemen per tand, voor meer controle.
- Houders voor kabels, zodat er niets in de weg zit tijdens het werk.
Daarnaast zijn brede banden op de trekker en de wiedeg aan te raden, zodat je minder insporing hebt. In natte omstandigheden helpt dit om de bodemstructuur te behouden. Ook het kiezen van een gestandaardiseerde breedte voor al je machines kan op termijn veel voordelen opleveren.
Een bijkomend aandachtspunt bij aankoop is het gewicht van de wielen van de wiedeg – zware wielen zorgen voor stabiliteit, zeker op oneffen terrein.
Tot slot
In het najaar kan het interessant zijn om twee tot drie keer te wiedeggen, om opkomende onkruiden in een vroeg stadium te onderdrukken vóór de winter. Dat past mooi binnen een strategie van niet-kerende grondbewerking, waarbij je het bodemleven spaart en de structuur verbetert.
Kortom: de Treffler-wiedeg is geen machine die je 'even snel' gebruikt. Ze vraagt aandacht, planning en afstemming. Maar wie ermee leert werken, krijgt de voordelen van een levende, weerbare bodem.
Schoffelmachine – Einböck
Tijdens het bedrijfsbezoek maakten we kennis met een schoffelmachine van het merk Einböck. Deze machine is ontworpen voor mechanische onkruidbestrijding tussen en binnen de rijen van onder andere mais, soja, bieten en andere rijgewassen. Ze is bijzonder geschikt voor zowel biologische teelt als voor gangbare landbouwers die chemisch gebruik willen terugdringen.
De machine is uitgerust met verschillende elementen die bijdragen aan een efficiënte en nauwkeurige werking.
- Klassieke schoffelmessen die het onkruid tussen de rijen losmaken en afsnijden.
- Rollstar-vingerwieders, herkenbaar aan hun gele, stervormige wielen. Deze draaien door de plantenrij en verwijderen daar het jonge onkruid zonder de gewassen zelf te beschadigen.
- Dankzij een parallellogramophanging per element past de machine zich vlot aan aan oneffenheden in het veld.
- Verder is ze voorzien van een camera- of hydraulisch gestuurd sideshiftsysteem, waardoor ze nauwkeurig in de rij blijft werken, ook bij een wisselende opkomst of onregelmatige rijen.
Het grote voordeel van deze machine is dat ze volledig mechanisch en dus zonder herbiciden werkt. Naast onkruidbestrijding zorgt het schoffelen ook voor een betere bodemstructuur door beluchting en het breken van capillaire opstijging. Dat helpt om vochtverlies tegen te gaan en bevordert de groei van het gewas.
Wel is het belangrijk dat het schoffelen op het juiste moment gebeurt: bij voorkeur bij jong onkruid en wanneer de bodem droog en kruimelig is. Ook een goede afstelling van werkdiepte en snelheid is cruciaal om schade aan het gewas te vermijden.
Kortom, deze Einböck-schoffelmachine is een mooi voorbeeld van precisielandbouw met eenvoudige middelen, waarbij efficiëntie, duurzaamheid en gewasgezondheid hand in hand gaan.
Veldinspectie van de bodem
Een belangrijk punt van aandacht was de kwaliteit van de knolletjes aan de wortels van de bonen – deze moeten roze zijn, een teken van een goed functionerende stikstofbinding. De landbouwer benadrukte ook het belang van bladmeststoffen, zeker bij tekorten of onbalansen in de bodem. Zo werd vermeld dat bij een te hoog fosforgehalte het toedienen van borium nuttig kan zijn.
Hij maakt gebruik van spotspraytechniek, waarmee hij gericht kan behandelen en zo het gebruik van herbiciden sterk vermindert. Ook insecticiden worden amper nog gebruikt, en met een goede bemesting blijkt het mogelijk om het gebruik van fungiciden eveneens te reduceren.
Er werd aangehaald dat het de uitdaging is om met minder zaadgoed toch evenveel of zelfs meer biomassa verkrijgen. Dit wordt door het gebruik van dikkere korrels, die bijdragen aan sterkere en vitalere planten.
Er werd ook ingegaan op de voordelen van eigen zaaizaadproductie. Door eigen zaad te gebruiken, ontstaat een microbioom en genetica die zich aanpast aan het specifieke veld, wat leidt tot lokale genetische aanpassing. In Herent worden hier momenteel proeven rond uitgevoerd. Door jaarlijks 10 tot 20% van het zaaizaad te vernieuwen in mengelingen, ontwikkel je op termijn bedrijfseigen genetica die beter presteert in de lokale omstandigheden.
Samengevat leerden we verschillende technieken kennen om beter met de bodem om te springen en die terug levend te maken. Zo kan de bodem voor de landbouwer en de gewassen werken, waardoor werk en inputs gereduceerd kunnen worden. Dat bespaart moeite en kosten, en geeft meer zekerheid voor de landbouwer op lange termijn.
