Dag Robbe, hoe heb je Groene Kring leren kennen?

Robbe: “Mijn ouders zeiden me dat het iets voor mij zou zijn. Toen ik ongeveer 16 was, is het gewest op bezoek gekomen en toen ben ik lid geworden. Toen ik 1 jaar lid was, ben ik meteen in het bestuur gegaan. Er was toen een wissel naar de nieuwe generatie, waardoor ze gericht op zoek gingen naar jongeren in de sector.”

Wat betekent Groene Kring voor jou?

Robbe: “Groene Kring brengt mensen uit de sector op een toffe manier samen. Voor mij is het een hobby. Vergaderingen hoeven niet altijd serieus te zijn, maar kunnen ook eens ontspannend zijn, zoals een ludieke startactiviteit of testbankavond. Daarmee breng je pas écht mensen samen.”

Welke activiteit wil je zeker niet missen?

Robbe: “We hebben er zoveel leuke, zoals de startactiviteit of onze dropping, die altijd eindigt met een fuif of in een danscafé. Zelf vind ik de daguitstap het leukst. Dan bezoeken we 3 bedrijven en gaan we ‘s middags met de hele bende samen eten. Via de daguitstap zie je bedrijven van andere deelsectoren, zoals loonwerk, melkvee en vleesvee.”

Kom jij bij je job in aanraking met veiligheid?

Robbe: “Vaak! Ik werk als coördinator gladheidsbestrijding en groenonderhoud bij Werkers in aanneming. Daar is het belangrijk dat je fluorescerende kledij draagt, zeker als je in het donker werkt. Verder draag je ook best een lange broek en bottinnen. Naast mijn gewone job help ik ook regelmatig op het bedrijf thuis. Ook daar draag ik een overall en bottinnen met stalen tip. En als ik ga helpen op andere bedrijven, doe ik volgens bioveiligheidsredenen volledig andere kleren en bottinnen aan.” 

Waarom is veiligheid zo belangrijk bij jouw werk?

Robbe: “Dat komt omdat we samenwerken met zelfstandigen die thuis ook nog een land- of tuinbouwbedrijf hebben en dit werk doen omdat ze vrije tijd hebben. Als er iets misloopt, komt hun eigen bedrijf (hun hoofdberoep) in het gedrang en dat vormt een groot probleem. Wij moeten hen de juiste veiligheidsvoorschriften meegeven. Dat geldt trouwens ook voor eenmanszaken.”

Wat zijn de belangrijkste veiligheidsmaatregelen op je ouderlijf bedrijf?

Robbe: “Niemand mag zomaar in de stallen. De veehandelaars bijvoorbeeld moeten bellen als ze hier zijn, zodat wij eerst de kalverboxen buiten kunnen zetten. Zelfs de dierenarts heeft bij ons eigen laarzen en een overall om de stal te betreden. Verder is bij machines de aftak-as beschermd met een kap en als je in de hoogte werkt, moet je altijd met twee zijn.”

De dierenarts heeft eigen kledij, maar moeten alle betreders dan maatregelen nemen om op het bedrijf te komen?

Robbe: “Normaal gezien zijn er geen andere betreders. Maar iedereen die effectief tussen de koeien komt, moet inderdaad een overall en schoenen van ons aandoen. Het is al twee jaar geleden dat er nog iemand met eigen schoenen in de stal is gekomen. Beter zo, want je weet nooit waar mensen vandaan komen en wat ze mogelijk meedragen.”

Is jullie bedrijf aangepast aan veiligheidsvoorschriften?

Robbe: “We vermijden contact met andere bedrijven en kopen geen of zo weinig mogelijk dieren in. Als we het toch doen, plaatsen we ze in quarantaine. Af en toe zetten we ook een bad om je voeten schoon te maken. Als je naar een ander bedrijf gaat, moet je altijd ontsmetten en raak je best geen andere dieren aan. Natuurlijk is het ook heel belangrijk om de dieren in te enten en te vaccineren. In het melkhuis hebben we ook een extra buis geïnstalleerd. Dat maakt het melken makkelijker en een stukje veiliger, omdat de koeien je minder snel kunnen bezeren. Wij melken ook tussen de achterpoten, wat een voordeel is.”

Zijn er nog andere risico’s waarvoor je de lezers wil behoeden?

Robbe: “Let op met machines. Weet wat de andere aan het doen is als je met twee werkt. Het is ook een beetje gezond verstand gebruiken. Dieren zijn minder voorspelbaar, maar bij machines merk je al sneller dat er iets zal mislopen.”