1. Ze mogen zich amuseren met grote machines

Tractors! Om ter grootst, snelst of sterkst. Jonge boeren weten er alles van en vinden het fantastisch om met zo’n grote machines te werken.

    

2. Ze zijn altijd in topconditie

Jonge landbouwers hebben geen zittend beroep. Ze zijn constant in de weer en dat zie je aan hun topconditie.

   

3. Ze kunnen hun dieren gewoon mee naar het werk nemen

Niemand die er vreemd van opkijkt als er een hond, kat of koe rondloopt op het bedrijventerrein van de boer, toch?

   

4. Ze maken iedereen blij met overheerlijke producten

Want wie voorziet anders al dat lekkers dat je in de winkel of op restaurant vindt?

   

5. Ze vervelen zich nooit

Jonge boeren hebben altijd iets omhanden. En als ze zich dan toch eens dreigen te vervelen, kunnen ze naar een Groene Kringactiviteit gaan.

   

6. Ze leren constant bij

Er worden steeds nieuwe landbouwtechnieken en -technologieën ontwikkeld. Jonge landbouwers proberen steeds op de hoogte te blijven en zich te verbeteren waar mogelijk.  

   

7. Ze behoren tot een geweldige community

Boeren, die delen graag tips en tricks met elkaar. En een uitnodiging voor een goed Groene Kringfeestje zullen ze ook nooit weigeren.